In een tijd waar landsgrenzen vochten om definitie en betekenis, stond een bescheiden maar betekenisvolle getuige van menselijke twist en territoriale disputen: grenspaal 160-I. Zijn verhaal begint lang voordat de veenmoerassen van Zuidoost-Drenthe werden doorkruist door stenen van betekenis, voordat de landen hun grondvesten in deze drassige vlaktes zouden leggen.

De geschiedenis van de grens tussen Nederland en Duitsland was doordrenkt met onenigheid. Het Bourtanger moeras, een uitgestrekt en onherbergzaam gebied, was het toneel van voortdurende conflicten tussen de bewoners van Groningen, Drenthe en het Münsterse gebied. De kwestie van landgrenzen en eigendomsrechten was een bron van eindeloze spanningen, en een oplossing was dringend nodig.

In november 1764 werd een grensverdrag gesloten tussen de “Republick der Vereenigde Nederlanden” en het “Bisdom van Münster”, waarbij de plaatsing van 13 grensstenen werd overeengekomen. Maar de exacte locatie van enkele van deze stenen, waaronder die met de nummers 1, 2 en 11, bleef betwist, en de stenen bleven ongeplaatst gedurende twee decennia van onzekerheid.

Uiteindelijk, in oktober 1784, kwamen beide landen tot een definitieve overeenkomst en werden de grenspalen geplaatst. Maar de moerasachtige grond van het Bourtanger moeras was geen genadige gastheer voor deze stenen. De meeste grenspalen van die tijd vergingen in de loop der jaren, maar grenspaal 160-I stond standvastig, een eenzame wachter in een zee van veen.

Tegen het einde van de 19e eeuw, toen de grens opnieuw duidelijk gemarkeerd moest worden, werden nieuwe grenspalen geplaatst. Deze taak was niet eenvoudig in het drassige terrein; houten palen werden diep in de grond geslagen en daar bovenop werden zandstenen palen geplaatst, verankerd in bakstenen. Grenspaal 160-I overleefde de tand des tijds, zij het gehavend.

Maar zelfs een monument van steen en geschiedenis heeft zorg nodig. De jaren trokken hun tol, en grenspaal 160-I raakte beschadigd en verwaarloosd. Gelukkig werd in recentere tijden besloten om deze getuige van grensconflicten te behouden. Met liefdevolle zorg en restauratie werd grenspaal 160-I weer in zijn oude glorie hersteld, een symbool van verzoening tussen landen en een herinnering aan de complexiteit van menselijke territoriale grenzen.

De grenspaal, nu stevig verankerd in het veen, vertelt nog steeds het verhaal van de strijd om land en eigendom. Maar bovenal staat hij daar als een herinnering aan de kracht van samenwerking en de mogelijkheid van vrede, zelfs in de meest twistzieke tijden.