Harmannus Henderikus Bontjer: Een Dapper Hart in Oorlogstijd

In de vredige schaduwen van de Drentse bossen van Odoorn, werd op 3 augustus 1915 een jongen geboren die de geschiedenis zou ingaan als een held van Nederland. Harmannus Henderikus Bontjer, zoon van Georgius Gerhardus Bontjer en Maria Catharina Teuben, groeide op in een tijd waarin de wereld op de rand van verandering balanceerde. Toen in 1940 de donkere wolken van de Tweede Wereldoorlog over Europa trokken en Nederland werd binnengevallen door Duitse troepen, nam Herman een besluit dat zijn leven voorgoed zou veranderen.

Gedreven door een diepgevoelde plichtsbesef en liefde voor zijn land, week Herman uit naar Groot-Brittannië. Daar sloot hij zich aan bij de 2e sectie van de Compagnie Mobiele Marechaussee, een elite-eenheid die belast werd met de persoonlijke bescherming van niemand minder dan Koningin Wilhelmina. Zij verbleef toen in Stratton House, Londen, een symbool van het Nederlandse verzet in ballingschap.

Tijdens de oorlogsjaren werd Herman overgeplaatst naar Maidenhead, waar hij diende in Stubbings House, de tijdelijke residentie van de koningin buiten de hoofdstad. Het leven in ballingschap was niet zonder gevaren, en dit bleek des te meer in het voorjaar van 1944. De Duitse Luftwaffe lanceerde een verrassingsaanval, bekend als de ‘kleine Blitz’, een reeks hevige bombardementen bedoeld om wraak te nemen op de geallieerde bombardementen op Duitsland.

Op die noodlottige 20 februari 1944, toen de sirenes loeiden en het gebied rondom Stubbings House dreunde onder het geweld van de aanvallende vliegtuigen, stond Herman samen met zijn kameraad Hubertus Kievits standvastig op post. Een zware bom sloeg in op slechts enkele meters van waar zij stonden. Hubertus stierf onmiddellijk, terwijl Herman zwaargewond werd afgevoerd naar het ziekenhuis in Watford, waar hij kort daarna bezweek aan zijn verwondingen. Hij was slechts 28 jaar oud.

Voor zijn moed en trouwe dienst werd Herman postuum onderscheiden met het Bronzen Kruis, een blijk van erkenning voor zijn opoffering. Zijn laatste rustplaats vond hij op het Nederlands ereveld Mill Hill in Londen, in aanwezigheid van Koningin Wilhelmina en Prins Bernhard, die beiden diep geraakt waren door het verlies van zulke moedige jonge mannen.

Drie jaar later, op 16 juli 1947, eerde Koningin Wilhelmina Harmannus persoonlijk toen zij Emmen bezocht. Zij ontmoette zijn ouders, en in een plechtige toespraak herinnerde zij aan Herman’s “trouwe plichtsbetrachting en betoonde moed,” die tot op de dag van vandaag een inspiratiebron blijven voor degenen die het belang van plicht en moed in tijden van onrecht begrijpen.

Harmannus Henderikus Bontjer is meer dan een naam op een grafsteen; hij is een symbool van de offers die gebracht zijn in de strijd voor vrijheid en rechtvaardigheid. Zijn verhaal is een blijvende herinnering aan de kracht van individuele moed tegenover de schaduwen van tirannie.